Latijnse naam: Geochelone carbonaria Nederlandse naam: Kolenbrander schildpad, savanne schildpad Land van herkomst: De kolenbrander woont in een tropisch regenwoud gebied. Door de inmense groote van het verspreidingsgebied zijn er toch verschillen in biotoop en klimaat.bebossing bij rivieren, droge savanne streken, bebosde berghellingen, vochtige savanne streken, regenwouden. Grootte: Tot 50 cm. Gewicht: Leeftijd: Kan ouder dan 75 jaar worden.
Kleur man: Volwassen mannetjes onderscheiden zich van vrouwtjes door een uitgesproken taillering van het schild, zodat ze bovenaf bezien haast de vorm van een pindadop hebben. Verder hebben ze in vergelijking tot vrouwelijke dieren een hol buikschild en een langere, aan de wortel verdikte staart.
Kleur vrouw: Vrouwtjes zijn vaak kleiner dan mannetjes, Vrouwtjes hebben een korte en dikkere staart die licht naar de zijkant wijst, De anaalschilden geven aan de onderkant een ronde opening weer. Hierdoor kunnen de eieren makkelijker worden gelegd door het vrouwtje. Het buikschild van vrouwtjes vlak of iets bol. Vrouwtjes hebben een korte en dikkere staart die licht naar de zijkant wijst.
Omschrijving: De kolenbranderschildpad is een schildpad met een karakteristiek uiterlijk. De schildpad heeft rode tot oranje vlekken op de poten en het hoofd. Het schild is zwart met een gele vlek in het midden van elk costaal en centraal schild. De schilden zijn voorzien van groeiribbels naarmate ze groeien.Het plastron is geelbruin van kleur. Afhankelijk van de geografische afkomst bevinden zich hier zwarte tekeningen op. Het hoofd en de ledematen zijn grijs van kleur. Hierop zijn duidelijk rode vlekken te zien (vandaar ook de naam 'red footed turtle').
Kweek: Het paarseizoen is van september tot juli. Als een mannetje wil paren gaat deze parallel naast een andere schildpad staan en maakt markante zwaai bewegingen met zijn hoofd en een kipachtig tokkend geluid. De andere schildpad moet op de juiste manier terug reageren voordat het mannetje verder gaat. Is de reactie de juiste, loopt het mannetje naar de staart van de schildpad om te bevestigen wat hij al dacht (hij checkt of het een vrouwtje is). Pas daarna zal er een paring plaatsvinden. Een vrouwtje kan tot 3 legsels per jaar produceren met gemiddeld 20 eieren per legsel. Gemiddeld komen de eieren na 5 tot 6 maanden uit.
Huisvesting: De kolenbrander is een middelgrote schildpad waar men toch een redelijke ruimte voor nodig heeft. Tevens is het belangrijk om een hoge luchtvochtigheid vast te houden. Een open bak is dus niet verstandig. Voor kleine kolenbranders is een bak van 120 X 40 X 40 voldoende. Op de bodem kan men gebruik maken van aubiose of een mengsel van potgrond met cocaopeat. Beide houden de luchtvochtigheid een beetje op peil. Verder is een ondiepe waterbak waar ze geheel in kunnen een must. Als verwarming kan men gebruik maken van spotjes. Aangezien het dieren zijn die op de rand van het bos leven, hoeft er geen overdaad aan TL licht te worden geplaatst. Wel wordt een UV-lamp aangeraden. Hier kan men kiezen uit een TL versie of een UV sport waar men ze geduren een tijd per dag onder zet.
Temp/ Luchtvochtigheid: In de zomer kunnen kolenbranders naar buiten, mits het warm genoeg is. Er zijn veel goede ervaringen opgedaan met het houden van kolenbranders in een kas met uitloop naar buiten. In de kas kan een warme plek worden gemaakt waardoor de dieren ook op iets minder warme dagen toch kunnen opwarmen. De temperatuur moet overdag tussen de 25/36 graden zijn en nachts rond de 22/24 graden. De luchtvochtigheid moet rond de 50/75 % zijn.
Voeding: Voeding is een moeilijk onderwerp. Van vroeger uit dacht men voornamelijk fruit te moeten voeren. Fruit is goed maar een overmaat hiervan kan darmproblemen geven. Tegenwoordig houd men het meer op groenvoer. Van essentieel belang is de afwisseling. Eenzijdige voedig kan leiden tot bultvorming en eventueel zieke dieren.